ILVO onderzoekt de komende 3 jaar het fenomeen staartbijten bij varkens, in opdracht van Dierenwelzijn Vlaanderen. Het onderzoek kadert in de transitie naar een varkenshouderij waarin men de staart van biggen niet meer coupeert. Het project moet de diverse risicofactoren voor staartbijten in kaart brengen en mogelijke beheersingsmaatregelen voor elk van die risico’s voorstellen. Er zijn onder meer observaties en kleinschalige experimenten gepland bij een aantal pilootvarkenshouders. Verwacht wordt dat dit project leidt tot bijkomende acties, als aanvulling op het eerder opgemaakt Actieplan Rond Staartcouperen, dat bij de Europese Commissie is ingediend.
Couperen of bijtrisico
Met het systematisch couperen van de staarten van biggen tracht men staartbijten te vermijden. Dit bijtgedrag heeft een erg negatieve impact op zowel de gezondheid als het welzijn van het gebeten dier en bijgevolg ook op de productiecijfers. De bijtletsels kunnen leiden tot infecties en sterfte. Landen waar systematisch wordt gecoupeerd, vrezen de gevolgen wanneer de praktijk abrupt zou worden verboden en gestopt. De overheid wenst een doordachte en gezamenlijke aanpak bij het stoppen van deze praktijk. De varkenssector wordt nauw betrokken bij de uitvoering van dit project zodat de voorgestelde acties door de volledige keten worden gedragen.
Multifactorieel
Diverse oorzaken liggen aan de basis van staartbijtgedrag. Het spelenderwijze happen naar een swingende lange staart, wat later een gewoonte wordt, is er één. Maar ook andere risicofactoren voor het staartbijtgedrag, zoals o.a. stalklimaat, huisvesting, hokbezetting, voeder, water, hygiëne en diergezondheid moeten nader bekeken worden.
Om staartbijten te voorkomen bestaat daarom de verplichting om de varkens andere afleidingen te bezorgen: voldoende en variabel verrijkingsmateriaal (een bal, een touw, andere speelobjecten) in de varkenshokken. Mogelijk zijn er daarnaast nog andere acties mogelijk, als antwoord op de andere oorzakelijke factoren van staartbijten.
Aanpak
ILVO maakt een overzichtelijke inventaris van diergebonden en niet-gebonden indicatoren en risicofactoren die samenhangen met staartbijtgedrag, en dat per leeftijdscategorie van het dier. De verbeterpaden om de risicofactoren beter te beheersen, worden in samenwerking met een beperkt aantal pilootbedrijven getest. ILVO zet telkens (dieren)welzijnscoaches in om de kleinschalige experimenten te begeleiden. Anneleen Watteyn (ILVO): “We gaan ook een handige vragenlijst opstellen die de varkenshouders kunnen helpen om hun risicofactoren te scoren en de mogelijke verbeteringen te organiseren. Die vragenlijst is getoetst aan de Vlaamse prakijk. We mikken op een kleinschalig netwerk van een 10-tal bereidwillige pilootvarkenshouders die het complex aan risicofactoren helpen te onderbouwen, en die zelf op kleine schaal stoppen met staartcouperen in een omgeving waar de verbeterpaden zijn geïntroduceerd en worden gemonitord.“
Resultaten
Het project duurt drie jaar en start op 1 juli 2023. De vragenlijst waarvan sprake zal kunnen gebruikt worden door varkenshouders, om inzicht te krijgen in de mate waarin bijtgedrag voorkomt op hun bedrijf, welke van de risicofactoren er spelen en welke mogelijke verbeterpaden toepasbaar zijn. De verbeterpaden voor elk van de risicofactoren moeten leiden naar het uitfaseren van het couperen van de staart. De onderzoekers engageren zich om alle concrete resultaten en acties uit het project via overleg- en informatiemomenten te bediscussieren en te communiceren. Rond dit thema maken zij ook een Gids met Beste Praktijken.
Bron: ILVO Vlaanderen