Het valt op dat biggen en vleesvarkens uit moederlijnen die gefokt zijn uit kernfokkerijen met kraamhokken met vrije uitloop rustiger zijn in de groep en minder bijtgedrag vertonen.
Zeugen die worden gehouden in groepshuisvesting en die bovendien werpen in vrijloopkraamhokken zijn rustigere zeugenlijnen dan zeugen die (deels) zijn gehouden in boxen. Hier kan een vrij eenvoudige verklaring voor zijn gegeven.
Fokken op moedereigenschappen
Het fokken op moedereigenschappen staat binnen iedere fokkerij behoorlijk bovenaan de prioriteitenlijst. Fokken op moedereigenschappen kan gepaard gaan met extreem beschermend gedrag van de moeder naar de biggen, wat een gevaar voor de varkenshouder kan zijn. Dit extreem beschermend gedrag gaat gepaard met onrust en meer agressie .
Bij zeugen in vrijloopkraamhokken kan dit gedrag niet getolereerd worden vanuit de varkenshouder. Hij komt vaak in contact met loslopende dieren, ook rond de geboorte van de biggen.
Hierdoor treedt binnen de fokkerij niet alleen selectie op naar moedereigenschappen, maar automatisch ook naar goede interactie tussen mens en dier.
Rustiger gedrag
Het valt dan ook op dat dieren uit dergelijke fokkerijen, en dat gaat van zeugen opfok, tot biggenbatterij en vleesvarkens in de groep zich rustiger gaan gedragen en minder oog hebben voor hun hokgenoten. Dit resulteert in minder sabbelen of bijten aan oren en staarten, of minder flankbijten bij vleesvarkens.
Losloopomstandigheden
Bij SUISAG wordt de kernfokkerij reeds meer dan 20 jaar onder volledig losloopomstandigheden gefokt. Enkel tijdens de inseminatie blijven (sommige) zeugen enkele uren in boxen. Dat is duidelijk zichtbaar in de rust die deze zeugenlijn uitstraalt. Zwitserland produceert jaarlijks ruim 2.5 miljoen vleesvarkens zonder staart couperen.
Deze voorsprong in fokkerij draagt bij aan de fokkerij voor de toekomst waar het welzijn van het dier steeds meer centraal komt te staan.
Bron: SUISAG