Met minder antibiotica en, ja zelfs, helemaal antibiotica-vrij varkens produceren zonder in te boeten op de productie is wel degelijk mogelijk. Dat bewijzen de resultaten van het project Beter Produceren Geen Antibiotica van de Belgian Pork Group (BPG) in samenwerking met de Universiteit Gent.
De resultaten werden op maandag 25 februari 2019 tijdens de BPG-studiedag in de marge van Het Salon voor Landbouw, Tuinbouw en Park in Roeselare gehouden bekendgemaakt. Er namen 16 praktijkbedrijven deel aan het opzet. 9 kozen voor het begeleidingstraject richting reductie van het antibioticumgebruik op hun bedrijf. De 7 andere bedrijven gingen resoluut voor een antibioticumvrije productie en dit zowel op bedrijfs- als dierniveau.
Het project liep van februari tot december 2018 in drie fasen:
- kennismaking (februari-maart),
- coaching (maart-juni),
- resultaten (oktober-december).
Ter kennismaking werd op alle bedrijven de Biocheck.UGent audit uitgevoerd. Werden in beeld gebracht: de algemene werking, het antibioticagebruik en eventuele bedrijfsproblematiek.
De coaching door de medewerkers van de UGent verliep geheel in samenwerking met de bedrijfsdierenarts. De deelnemers kregen adviezen op maat aangaande bioveiligheid en antibioticumgebruik; de bedrijfskengetallen en het management werden onder de loep genomen.
Zowel inzake resultaten externe als interne bioveiligheid werden na dit alles stappen vooruit gezet.
Aangaande de externe bioveiligheid was dat vooral bij:
- De aankoop van dieren, mest en kadavers +11%
- De aanvoer van voeder, water en goederen +4%
- De toegangscontrole personen +3%
- Ongedierte en vogelbestrijding +2%
Wat de interne bioveiligheid betreft werd er vooruitgang geboekt inzake:
- Ziektemanagement +20%
- Werpen en kraamperiode +5%
- Batterijperiode +4%
- Vleesvarkens +5%
- Compartimentering, looplijnen en materiaal +13%
- Reiniging en desinfectie +4%
Als maatstaf voor het antibioticumgebruik werd de BD100 – het aantal behandeldagen op 100 dagen – berekend.
Tijdens het project werd één bedrijf met een belangrijk gezondheidsprobleem geconfronteerd. Exclusief de resultaten van dat bedrijf was de impact van de projectwerking over alle diercategorieën positief. Bij alle diercategorieën werd beduidend minder antibiotica ingezet.
Getuige de resultaten van de 15 bedrijven op de foto:
- Niet-gespeende biggen -74%
- Gespeende biggen -27%
- Vleesvarkens -51%
- Zeugen/beren -24%
Ook de 7 bedrijven die gekozen hadden voor het antibioticavrije traject slaagden in hun opzet. Opvallend in deze groep is dat ze stuk voor stuk hun gelten in eigen aanfok kweken. Het gaat niet bepaald om de grootste bedrijven; het kleinste huisvest 85 zeugen, het grootste 240. Nog opvallend: geen van de bedrijven draait volgens het vierwekensysteem. De productiegetallen variëren van 20 tot 27. Slechts één bedrijf speent op 21 dagen; het gros op 26, 28 tot zelfs 32 dagen. Vooral dit laatste vindt prof. Dewulf, voorzitter van AMCRA (het kenniscentrum inzake antibioticagebruik), die het project coördineerde en de resultaten voorstelde van fundamenteel belang. “Wij adviseren ten vroegste op dag 24 te spenen, bij voorkeur zelfs dag 26 voorbij.”
Uit de verklaringen van de deelnemers tijdens de evaluatie blijkt bovendien dat de werklast op de respectievelijke bedrijven gedurende het project gedaald is. “Inzetten op bioveiligheid brengt dus niet noodzakelijk meer werk met zich mee”, besloot de professor dan ook. “Laat dit project een inspiratie zijn voor andere varkenshouders.”
Er komt alvast een vervolgproject. “Wij willen onze nek uitsteken”, stelde Luc Verspreet (BPG). “Dat moet uitmonden in een lastenboek waarmee we op termijn naar de retail willen stappen om na te gaan of zij er markt in zien.”