Minister Crevits vond het ketenoverleg dat op maandag 13 september gehouden werd ‘een harde vergadering’. “Toch moeten we via deze weg tot oplossingen komen”, stelde ze tijdens de Commissie Landbouw van woensdag 15 september. Dat ketenpartijen het eigen aandeel in de huidige aanhoudend diepe crisis al te gemakkelijk wegwuiven, kon de minister zichtbaar niet appreciëren.
Al bij eerdere crisismomenten is bij herhaling gebleken dat het ketenoverleg slechts tot magere resultaten leidt. Als het al tot afspraken komt, blijkt er in praktijk vaak nauwelijks iets concreet van terecht te komen. Zodra de markt zich herstelt blijken de belangen van de partijen al te tegengesteld.
Om die horde op korte termijn te kunnen nemen is VLAM-directeur Filip Fontaine, inmiddels als ‘facilitator’ aangesteld. Opzet is dat hij de komende twee weken bilaterale overlegmomenten tussen de diverse ketenpartners opzet en begeleidt. Dat moet de weg effenen om eind september een nieuw algemeen ketenoverleg kansen te bieden op concrete afspraken.
De minister beklemtoonde dat die akkoorden dan ook uitgevoerd moeten worden en wees de ketenpartners in deze met klem op hun eigen verantwoordelijkheid. “… want wij mogen de markt niet sturen”, klonk het.
Er moet op alle ketenniveaus prijstransparantie geboden worden. En er moet onderzocht worden hoe we meer meerwaarde in eigen land kunnen valoriseren. Bovenal lijkt de minister grote verwachtingen te stellen in de oprichting van een brancheorganisatie. “Dat is voor mij echt één van de middelen die noodzakelijk zijn om de sector te kunnen versterken en om meer te kunnen wegen op de prijsproblematiek”, verklaarde ze in de Commissie Landbouw.
Geen zeugenpremie noch warme sanering
Duidelijk werd ook dat het niet tot de toekenning van een zeugenpremie zoals in Wallonië gebeurde zal komen. Daarvoor zijn er gewoon te veel zeugen op Vlaamse bodem. “Dit zou Vlaanderen meer dan 200 miljoen euro kosten.” Om moderne bedrijven die nog maar onlangs investeerden van de ondergang te redden, lijkt het de minister noodzakelijk om ‘op maat te werken’. Afwachten wat daarmee precies bedoeld wordt.
Duidelijk is wel dat de minister wellicht niet te vangen is voor een warme sanering. “Belangrijk is dat we de sterke bedrijven overeind houden. Degene die stoppen moeten goed begeleid worden. Dat vraagt maatwerk”, aldus nog Hilde Crevits.