De melkproductie van zeugen is een cruciale factor voor de groei van biggen. Daarom is het van belang om de uierontwikkeling bij gelten en zeugen te stimuleren. Hoe dit precies in zijn werk gaat, werd onlangs beschreven door Chantal Farmer van de organisatie Agriculture and Agri-Food Canada. Zij bundelde alle recente onderzoeken over dit onderwerp in één artikel.
Farmer identificeerde twee belangrijke factoren die de ontwikkeling van uierweefsel bij gelten en zeugen tegenhouden of verbeteren.
Ten eerste is de lichaamsconditie van de dieren van groot belang. Zeugen die zwaarlijvig of daarentegen te licht waren op het einde van de dracht, hadden minder uierweefsel. Voor een ideale ontwikkeling zou het ruggenvet dan ook het best tussen de 15 en 36 mm liggen.
Een tweede essentiële factor is de voeding van de zeugen. Hierbij zijn niet alleen de nutriënten cruciaal, maar ook de hoeveelheid en de periode waarin ze worden aangeboden. Zo merkt men dat voederrestrictie vanaf dag 90 tot de puberteit een negatief effect heeft op de ontwikkeling van het uierweefsel. Wanneer het voeder daarentegen vrij beschikbaar is voor de dieren, neemt het weefsel 36 tot 52 procent toe in gewicht.
Ten tweede kan een te hoog energiegehalte in het voeder tijdens de late dracht ervoor zorgen dat het uierweefsel afneemt. Tijdens het zogen is het dan weer wel van belang om voldoende eiwitten en energie toe te voegen aan het voeder om de melkproductie te stimuleren.
Ten slotte kan ook het toevoegen van bepaalde plantextracten een positief effect opleveren. Farmer geeft het voorbeeld van genisteïne, een molecule die oestrogeen bevat en die voorkomt in soja. Wanneer deze stof wordt toegevoegd aan het voeder van gelten die zich nog niet in de puberteit bevinden, zal ook dit de ontwikkeling van uierweefsel stimuleren.
Bron: Maarten Ceyssens in Varkensbedrijf oktober 2018