De nieuwe Europese planperiode voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid voor 2014-2020 bracht voor het VLIF vanaf 1 januari 2015 enkele veranderingen met zich mee. De regelgeving werd aangepast, maar vooral de indienprocedure is volledig herzien.
Op vraag van de Europese Commissie werd overgestapt van een open-eind-systeem, waarbij iedere aanvrager die aan de VLIF voorwaarden voldeed steun ontving, naar een gesloten enveloppe. Met betrekking tot de uitvoering vertaalt zich dit in blokperiodes waarin VLIF-steunaanvragen worden ingediend via het e-loket en waarbij na het afsluiten een uitgewerkt selectiesysteem loopt. Elke aangemelde (deel)investeringslijn wordt gescoord op basis van de selectiecriteria: 3 duurzaamheidscriteria, een jongerencoëfficiënt en additionaliteit. Vervolgens worden alle investeringslijnen gerangschikt en wordt geselecteerd binnen het vooropgesteld beschikbare budget van de blokperiode. Hierdoor kan de VLIF-steun meer gericht worden op (deel)investeringen die de verduurzaming van de land- en tuinbouwsector in de hand werken en wordt er bij gelijkaardige investeringen voorrang gegeven aan de jonge land- en tuinbouwers.
Eerste periode afgesloten
De eerste indienperiode voor investeringssteun liep van 5 januari tot en met 31 maart 2015. In deze blokperiode werden in totaal 557 steunaanvragen ingediend, goed voor 4.013 investeringslijnen en een totaal aangemeld investeringsbedrag van ongeveer 163 miljoen euro. Hiervan bedroegen, na toepassing van de normbedragen, de subsidiabele investeringskosten 151,5 miljoen euro. Een blokperiode voor de investeringssteun telt drie maand, maar er is vastgesteld dat 78 procent van de steunaanvragen in de laatste 10 dagen voor het afsluiten van de blokperiode werd ingediend. Tijdens de laatste twee dagen is dit zelfs 40 procent. Voor praktische vragen is er de infolijn, maar op de laatste dagen was de kans groter dat de lijn tijdelijk niet vrij was om de aanvrager verder te helpen.
Bijna 90 procent aangemelde kosten geselecteerd
De selectiemededelingen werden op vrijdag 17 april 2015 opgeladen op het e-loket in de berichtenbox van de betrokkenen. Van de aangemelde investeringskosten is 89,3 procent geselecteerd. Zodra die zijn uitgevoerd en ze voldoen aan de VLIF-voorwaarden, zal een subsidie toegekend worden. Van de ingediende steunaanvragen werd voor ongeveer 60 procent een positief bericht verstuurd dat er één of meerdere investeringslijnen in aanmerking komen voor VLIF-steun. In de overige steunaanvragen, waarin geen investeringslijnen geselecteerd zijn, betreft het veelal een geplande aankoop van (kleinere) machines. Daarnaast gaat het ook om steunaanvragen waarbij na selectie geen 15.000 euro subsidiabele kosten meer overbleven. Deze voorwaarde is overgenomen uit de PDPO II-periode, maar kwam veelal tot uiting bij dossierbehandeling waarna het dossier ongunstig werd beoordeeld.
De eerste blokperiode kan als atypisch beschreven worden aangezien deze voor veel landbouwers opnieuw de mogelijkheid tot VLIF-steun gaf. Voor veel bedrijven was hun contingent van maximaal 1 miljoen euro subsidiabele kosten per bedrijfsleider reeds uitgeput in de PDPO II-periode.
Bij een vergelijking tussen de verschillende (sub)sectoren blijkt dat de grootste investeringsvolumes werden aangemeld door rundveebedrijven, tuinbouwbedrijven (inclusief fruitteelt) en gemengde bedrijven.
Als de top 5 van de geselecteerde investeringen met bijhorende subsidiabele kosten opgelijst wordt, gaat het om investeringen in meerdere sectoren. Zo is de melkinstallatie gelinkt aan de melkveesector, de natriumdamp- en metaalhalidelampen aan de tuinbouw, isolatie aan meerdere sectoren, energiebesparende of hfk-vrije koeltechnieken aan de fruitsector en tot slot is er de mestkelder voor effectieve mestopslag van vloeibare mest die door het jongercoëfficient de top 5 afsluit.
Tijdens deze eerste blokperiode kreeg de aanvrager de keuze over de steunvorm, namelijk alleen premie of een premie aangevuld met een rentesubsidie. In het verleden werden leningen bij een erkende kredietinstelling automatisch gefinancierd via rentesubsidie en eventueel aangevuld met een premie. Tijdens de eerste blokperiode werd in geen enkele steunaanvraag gekozen voor rentesubsidie.
De ingediende investeringen in de eerste blokperiode mogen gedurende kalenderjaar 2015 geen tweede keer ter selectie voorgelegd worden via de knop ‘nieuwe aanvraag investeringssteun’ op het e-loket. Men kan wel éénmalig zijn dossier volledig herkansen in de volgende blokperiode. Daarvoor kan de aanvrager gebruik maken van de knop ‘herkansen’ die vanaf eind mei tot 30 juni ter beschikking zal zijn in de steunaanvraag op het e-loket. De aanvrager dient er zich wel bewust van te zijn, dat een herkansing de initiële steunaanvraag en bijhorend selectieresultaat volledig annuleert.