Sinds het zogenaamde stikstofarrest van de Raad voor Vergunningsbetwisting van eind februari 2021 werden zo goed als alle omgevingsvergunningsaanvragen geblokkeerd, er ontstond als het ware een tijdelijke vergunningenstop. Sindsdien heeft de regering al meermaals geprobeerd om tot een nieuw stikstofbeleid te komen dat de stikstofemissies drastisch moet aanpakken, zonder succes. Op zondag 2 mei 2021 kwam Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir met een ministeriële instructie die voor tijdelijke rechtszekerheid zou moeten zorgen.
Tussentijds kader
In het ondertussen befaamde stikstofarrest wordt het significantiekader dat van toepassing is voor vergunningsaanvragen met stikstofuitstoot onderuit gehaald. De overheid gebruikte in het kader van de Programmatorische Aanpak Stikstof (PAS) reeds enkele jaren dit kader. De individuele drempel voor de uitstoot van ammoniak (NH3) werd in het voorlopige PAS vastgelegd op 5 procent van de kritische depositiewaarde die een bepaald habitattype kan verdragen zonder er hinder van te ondervinden. Herinner daarbij de brieven uit 2015 met kleurcode groen (minder dan 5 procent bijdrage).
Met de huidige instructie wenst de minister tussentijds mogelijkheden te bieden aan de ondernemer in afwachting van een definitief PAS. Maar een lezing van deze nota leert ons dat de mogelijkheden voor de landbouwsector in dit tussentijds kader uiterst beperkt zijn. Voor elke aanvraag met ammoniakuitstoot zal een individuele beoordeling opgemaakt moeten worden. Hierdoor kunnen nieuwe omgevingsvergunningsaanvragen opnieuw ingediend en beoordeeld worden, maar het is duidelijk dat de ontwikkelingsmogelijkheden klein zullen zijn.
Passende Beoordeling
Een omgevingsvergunningsaanvraag met ammoniakemissies zal voortaan steeds vergezeld moeten worden van een passende beoordeling. Dit is een natuurstudie waarbij de effecten op de omliggende Speciale Bescherming Zones (SBZ) en Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) -gebieden ten gronde dienen onderzocht te worden. Indien uit de passende beoordeling blijkt dat er geen significant negatieve effecten zijn op de habitattypes in voornoemde gebieden, dan kan de overheid deze aanvraag vergunnen. Op dit moment is er echter geen beoordelingskader met vaste criteria. Dit in tegenstelling tot de stikstofemissies door industrie en verkeer waar er wel een duidelijk beoordelingskader vervat zit in de ministeriële instructie.
Zeer recent zijn er naar aanleiding van de ministeriële instructie richtsnoeren bekendgemaakt die een richting aangeven op welke manier toekomstige aanvragen met ammoniakemissies beoordeeld moeten worden. Het blijft op dit moment echter onduidelijk welke concrete handvaten er hiervoor zullen gehanteerd worden bij de adviesverleners. Er wordt gesproken over principes in plaats van een kader met vaste drempels. Elke aanvraag zal individueel getoetst worden aan de hand van de passende beoordeling. De sleutel zal liggen in het advies van Agentschap Natuur en Bos (ANB).
Ammoniakreductie
Tevens zal bij iedere omgevingsvergunningsaanvraag maximaal moeten ingezet worden op ammoniakreducties, minstens door met ammoniakemissiearme stalsystemen en maatregelen uit de PAS-lijst te werken. Daarnaast herhaalt de instructienota dat bedrijven met een impact van meer dan 50% (brieven met kleurcode rood) geen nieuwe vergunning kunnen krijgen en zullen niet-ammoniakemissiearme stallen maximaal vergund worden tot 31/12/2030.
Wat betekent dit nu concreet voor de varkenshouderij?
Alhoewel de nota erg vaag blijft, lijken er toch nog kansen om een varkensbedrijf verder te ontwikkelen. De specifieke habitattypes en/of soorten in, en de ligging ten opzichte van SBZ en VEN zal hierbij van groot belang zijn. Daarnaast zal de implementatie van ammoniakemissie-reducerende maatregelen cruciaal zijn om de ammoniakemissies te kunnen beperken. Sinds 2004 kent de varkenssector een lijst van ammoniakemissiearme stalsystemen die toegepast moet worden bij een nieuw te bouwen stal. We spreken hier over een V-lijst en een S-lijst. De V-lijst bundelt de erkende stalsystemen waarbij er in de mestkelder maatregelen worden genomen om ammoniakvorming te voorkomen waardoor de emissiefactor circa 40 tot 70 procent lager zal zijn dan in traditionele huisvestingssystemen. De S-lijst geeft de erkende stalsystemen weer die de lucht zuiveren (luchtwasser en biobed), allen met een reductiepercentage van 70 procent. Het spreekt voor zich dat deze systemen van luchtzuivering heel wat extra reducties kunnen opleveren bij toepassing op bestaande traditionele stallen, maar ook voor nieuwe stallen zal gestreefd moeten worden naar reducties tot 70 procent.
Daarnaast werd er naar aanleiding van de PAS-wetgeving een PAS-lijst opgesteld. Deze verzamelt per diercategorie technieken en maatregelen om de stikstofuitstoot te verminderen. Met name voor de diercategorie vleesvarkens zijn er momenteel een aantal maatregelen mogelijk die zorgen voor een reductie van 10 tot 45 procent ammoniak, zoals bv. roosters met een verhoogde mestdoorlaat, bepaalde voedertoepassingen en drijvende ballen in het mestoppervlak. Ook zijn bepaalde combinaties van technieken mogelijk.
Way forward
Het toepassen van milieuvriendelijke en innovatieve technieken zal een zeer belangrijke rol spelen in de toekomstige vergunningverlening. In het tussentijds kader wordt hier alleszins de nadruk op gelegd, en wellicht zal in het definitieve PAS-kader ook een verdere verankering plaats vinden. De Vlaamse regering voorziet tegen eind 2021 het definitieve PAS.
Voor de volledige instructie PAS klik HIER
Tekst: Patrick Herijgers en Carl De Braeckeleer, adviseurs bij studie- en adviesbureau DLV.
Foto: Twan Wiermans